THAILAND:- In 2018 werden twaalf voetballertjes en hun coach op miraculeuze wijze gered uit een ondergelopen grot in Thailand. Met dank aan een groep hobbyduikers van middelbare leeftijd, zo toont de documentaire The Rescue. Rick Stanton was één van hen: ‘Het woordje ‘held’ probeer ik bewust niet te horen’.
Drieënhalf jaar geleden, in het uiterste Noorden van Thailand. Op 23 juni 2018 dalen voetbalcoach Ake en twaalf spelertjes van het lokale jeugdteam Wild Boars, allemaal tussen elf en zestien jaar, na hun training af in de Tham Luang-grot, de vierde langste van het land. Slecht plan, want door plotse regenval begint de grot onder te lopen, het stijgende water verspert in geen tijd alle uitgangen. De voetballertjes en hun trainer zitten als ratten in de val.
Twee spannende weken later weerklinkt er gejuich: de reddingsactie, die over de hele wereld gevolgd wordt, kent een goede afloop. Een mirakel, klinkt het. Maar hoe kwam dat tot stand? The Rescue, de nieuwe documentaire van Elizabeth Chai Vasarhelyi en Jimmy Chin (die een Oscar wonnen met hun bloedstollende rotsklimdocu Free Solo) legt het van naaldje tot draadje uit, en zoomt vooral in op de levensbelangrijke bijdrage van een groepje grotduikers, die van heinde en ver naar Thailand vlogen.
Visueel is The Rescue aan de droge kant, zeker in vergelijking met het spectaculair gefilmde Free Solo. Aangezien de makers er op het moment zelf niet bij waren, moesten ze het deze keer stellen met de rudimentaire beelden die ter plaatse gefilmd werden door Thaise Navy Seals. Toch zijn ze erin geslaagd om een spannende en bij momenten erg ontroerende reconstructie te maken van een aartsmoeilijke reddingsactie. De documentaire geeft een helder beeld van de risico’s (om de spelertjes te bereiken, moeten de duikers hen op de tast door een eindeloze wirwar van pikdonkere gangen leiden), de extreme tijdsdruk (moessonregens dreigen het duiken compleet onmogelijk te maken), de hallucinante methodes (de duikers moeten de kinderen volledig verdoven om hen veilig buiten te krijgen), en vooral van hoe nipt het allemaal is geweest.
Maar The Rescue is ook een portret van een heel speciaal soort mensen: grotduikers. Wie zijn ze, wat doen ze, en wat hebben ze in godsnaam in die beklemmende onderaardse holen te zoeken? In een videogesprek legt de zestigjarige Brit Rick Stanton, die een hoofdrol speelde in de reddingsactie, ons zijn bizarre passie als volgt uit: “Heel het aardoppervlak is intussen in beeld gebracht – je kan op je gsm letterlijk elke hoek van de planeet bekijken. Alleen grotten zijn nog onverkend. Dat spreekt me enorm aan: ‘daarheen gaan waar nog geen mens is geweest’. Het voelt een beetje als ruimtereizen.”
De documentaire schildert de grotduikers ook af als zonderlingen, loners die in de meest claustrofobische omstandigheden vreemd genoeg een soort rust vinden die ze op het droge maar moeilijk kunnen bereiken. Waarom zoeken ze nu dan toch de schijnwerpers op om hun verhaal te vertellen? “De hele wereld volgde de redding destijds aan de hand van tv-reportages, maar de pers kwam nooit ín de grot”, zegt Stanton. “In zekere zin lieten we het er heel gemakkelijk uitzien: we gingen ’s morgens naar binnen, en ’s avonds lag er een handvol kinderen veilig en wel in het ziekenhuis. Maar niemand had ook maar enig idee van hoe we precies te werk gingen, of van de emoties die erbij kwamen kijken. Dat wilden we rechtzetten.”
In de documentaire wordt duidelijk hoe absurd veel verantwoordelijkheid op de schouders van de grotduikers rustte: hun ideeën en opwellingen bepaalden het verloop van de reddingsactie, omdat er nu eenmaal niemand anders wist waar te beginnen. Het is bijna komisch om te zien hoe afgetrainde Navy Seals deemoedig moeten toegeven dat zij het niet kunnen, en al hun hoop op een bende bleke hobbyisten van middelbare leeftijd vestigen. Stanton ziet er zelf ook de humor van in: “De meeste van die Seals waren half zo oud als ik, en dubbel zo fit. (lacht) Maar zij waren getraind in duiken, niet in grotduiken. Die twee hebben eigenlijk weinig met elkaar te maken. Ik beschouw mezelf niet als een duiker. Wel als een speleoloog die toevallig onderwater opereert. Die ervaring heeft het verschil gemaakt.”
Waar Stanton en zijn collega’s geen ervaring mee hadden, is acteren. Toch speelden ze zichzelf in enkele cruciale onderwaterscènes die voor de documentaire werden gereconstrueerd. “Maar het was heel duidelijk dat wij niet gingen acteren”, lacht Stanton. “Dat zou er verschrikkelijk houterig uitzien. We hebben gewoon precies herhaald wat we in Thailand deden, maar dan in een waterbassin in een filmstudio.”
Die reconstructies waren voor regisseuse Elizabeth Chai Vasarhelyi niet alleen een noodzakelijk kwaad: “Pas toen ik de duikers voor de camera zag demonstreren hoe ze de kinderen naar buiten brachten – ze moesten hen verdoven, hun handen en voeten vastbinden en vervolgens hun hoofd onder water duwen… – drong het tot me door wat een enorme verantwoordelijkheid Rick en co toen vrijwillig op zich namen.”
Stanton zelf blijft er nuchter onder: “Elke keer als iemand het woord ‘held’ in de mond neemt, probeer ik dat bewust niet te horen”, lacht hij. “Mijn collega’s en ik hebben gewoon een enorme deskundigheid opgebouwd door al die jaren ervaring. Waarom zouden we die niet inzetten, wanneer ze eens echt van pas kon komen?”
‘The Rescue’ (***) speelt vanaf 17/11 in de bioscoop.
Wees vriendelijk en reageer beleefd op het artikel wat Olleke Bolleke voor u in de media gelezen heeft, wij moedigen toevoeging van uw reactie op deze content aan, maar kijken wel naar taalgebruik. Mocht u een foutje menen te zien of heeft u een tip!, mail uw nieuwsbeer even, hij zal u dankbaar zijn.
Informatie en bron
Illustraties: National Geographic
Content: Rick Stanton
Bron: demorgen.be