ISAAN: Mijn Boeddha, wat een ellende bij de grens met Cambodja, de dorpelingen in Surin zijn compleet van slag. Er staan zomaar 3.000 Cambodjaanse soldaten bij Prasat Ta Kwai, vlakbij bij waar zij wonen, de mensen weten niet meer waar ze het zoeken moeten.

Stel je voor: je ligt in je hutje, hebt net de rijst geoogst en laat die te drogen liggen, en dan lopen er duizenden soldaten voorbij. De dorpelingen zijn doodsbang voor hun huizen, hun leven en vooral die rijst — hun broodwinning. Niemand wil geweld, iedereen bidt toe Boeddha dat er geen schoten vallen.
De Cambodjanen bouwen een basis op nog geen 70 meter van een Thaise kazerne. De frontlinie bij Ta Kwai ligt open en er zijn twee Khmer-militairenkabelbanen met daarboven meer dan 3.000 manschappen. Het voelt alsof er elk moment iets vreselijks kan gebeuren.

Op 19 november 2015 liep een nieuwsploeg door de dorpen in Phanom Dong Rak, provincie Surin. Aan de buitenkant leek alles rustig, maar de spanning hing zwaar in de lucht. Dorpshoofden riepen iedereen op spullen klaar te zetten — warme kleding, medicijnen — en de vrijwilligers letten extra op de zieken die niet weg kunnen. Paniek? Nog niet. Maar de angst zit er goed in.
Een van de mensen die mijn hart deed breken was het relaas van Khun Thong Phalahan, 81 jaar oud. Ze ligt nachtenlang wakker van angst sinds die 3.000 soldaten zijn aangekomen. Ze is zwak, loopt met een wandelstok en wil haar huis niet opgeven, ook al wordt het kouder nu de winter komt. Evacueren is bijna onmogelijk voor haar, maar ze hoopt dat haar kinderen haar op tijd ophalen als het echt fout gaat.

“Als er oorlog uitbarst, zullen mijn kinderen ons met voertuigen weghalen. Ik ben er klaar voor,” zegt ze — maar je hoort de wanhoop.
En het meest schrijnende?
Ze maakt zich het meest zorgen om de rijst die naast haar huis ligt te drogen. Net geoogst, het resultaat van al hun hard werk — en als er gevochten wordt, moet ze dat achterlaten. Ze heeft al zoveel geleden door eerdere conflicten en weet niet wanneer die nachtmerrie stopt.
Het is hartverscheurend: gewone mensen die voor hun leven en hun dagelijkse kost vrezen, terwijl machtige mensen ergens anders beslissen wat er gebeurt.
