1: DE GOEDE SAMARITAAN
Een man wordt in de straat aangesproken door een dakloze, zeer vuil en verwilderd. Hij vraagt geld om te kunnen eten. De voorbijganger neemt zijn portefeuille en neemt een biljet van 10 euro, maar vooraleer hij het geld geeft vraagt hij hem het volgende:
~ Indien ik je dit biljet geef, ga je dan bier kopen in plaats van te eten?”
~ NEEN, het is nu al enkele jaren geleden dat ik gestopt ben met drinken.”
~ Gaat u het dan gebruiken om met de kaarten te gaan spelen in plaats van te eten?”
~ Neen, ik gok niet,” zegt de dakloze!
~ Dan zal je er misschien mee naar het voetbal gaan kijken?”
~ U lacht ermee zeker,” antwoordt de dakloze. “Ik ben al 20 jaar niet meer naar een wedstrijd gaan kijken.”
~ Misschien gebruikt u het om seks te krijgen, vraagt de man.
~ En het risico lopen om AIDS op te lopen zeker, met maar 10 euro,” verklaart de dakloze.
~ Zeer goed,” zegt de man. “Ik ga u geen geld geven maar ik nodig u thuis uit voor een goede maaltijd. Ik zal mijn echtgenote verwittigen.
~ De verraste dakloze vraagt: “Maar uw vrouw zal furieus zijn. Ik ben vuil en ruik niet fris!
~ En de goede samaritaan antwoordt hem: Kalm maar, het is perfect! Ik wil haar enkel tonen hoe een man eruit ziet die zijn bier, het gokken, de voetbal en de seks moet laten!
2: DE ZENUWTREK
Jan heeft last van een ’tic nerveus ‘ op zijn linkeroog, zodat het lijkt alsof hij een knipoog geeft. Op een dag gaat hij solliciteren als handelsvertegenwoordiger voor een bedrijf.
~ De personeelschef bestudeert zijn cv en zegt: Wel, dat ziet er goed uit. Goede opleiding, en ook goede referenties. Normaal gezien zouden we u onmiddellijk in dienst nemen. Maar zoals u weet, gaan de mensen bij een handelsvertegenwoordiger erg af op het uiterlijk. En dat geknipoog van u, dat kan de potentiële klanten afschrikken. Het spijt me, meneer, maar we kunnen u niet in dienst nemen…”
~ Wacht, roept Jan. “Wanneer ik 2 aspirientjes neem, dan gaat het knipogen over!
~ Ah, is dat echt? Dat is fantastisch! Laat maar eens zien.” Jan rijkt in zijn zakken en begint er te zoeken; alles wat hij tegenkomt legt hij op het bureau: rode condooms, blauwe condooms, geribbelde condooms, condooms met aardbei, frambozen en chocoladesmaak. Uiteindelijk vindt hij de strip met aspirines, neemt er twee uit, slikt ze in, en stopt onmiddellijk met knipogen.
~ Dat blijkt inderdaad te werken,” zegt de personeelschef. Maar eerlijk gezegd: wij zijn een fatsoenlijk bedrijf, en een man die blijkbaar zoveel achter de vrouwen zit, dat hebben wij niet nodig…
~ Achter de vrouwen zitten? Hoe bedoelt u? Ik ben een gelukkig getrouwd man!
~ Tja, meneer, hoe verklaart u dan al die condooms?
~ Oh, dat,” zucht Jan. “Bent u al eens een apotheek binnengestapt en hebt u er al knipogend, naar aspirientjes gevraagd?
3: LEG HET EENS UIT?
In een vliegtuig zit een man naast een jong meisje dat juist een boek open doet en wil beginnen te lezen.
~ Zegt die man tegen haar: Ik heb eens gelezen dat een gesprek of een discussie met een mede-passagier de tijd beter doet omgaan.”
~ ‘O,’ antwoordt zij, ‘en waarover zou u het willen hebben?
~ Laat ons b.v. eens discussiëren over nucleaire energie.
~ Goed,’ zegt ze, ‘maar mag ik u vooraf een vraagje stellen?
~ Graag,’ antwoordt de man.
~ Het jong ding begint met haar verhaaltje: Kijk,’ zegt ze, ‘in een weide lopen een paard, een koe en een schaap. Kunt u mij nu eens uitleggen hoe het komt dat het paard van die hooiachtige vijgen laat vallen, de koe van die platte vlaaien en het schaap van die paternosterbolletjes, alhoewel ze alle drie van hetzelfde gras eten?’
~ Geen idee,” zegt de man.
Zij: “Wat wilt u dan vertellen over nucleaire energie als u van stront nog niets afweet!”
Fijn weekend,
Reinold